Ger
- Geslacht:
- Man
- Leeftijd:
- 52 jaar
- Mantelzorger van:
- Ouder
- Diagnose:
- Lewy Body dementie
- Datum interview:
- donderdag, 25 oktober, 2012
Achtergrond:
Ger is 52 jaar, gescheiden en heeft een zoon van 11. Hij is verpleegkundige en maakt films. Sinds 2008 zorgt hij via het persoonsgebonden budget (PGB) voor zijn vader die Lewy Body dementie heeft.
Korte samenvatting:
In 2008 zag de vader van Ger van Bentem in het bos honden lopen, die er niet waren. Via de oogarts kwamen ze bij de geriater die bij de vader van Ger op 78-jarige leeftijd Lewy Body dementie vaststelde. Vanuit het PGB zorgt Ger nu zes dagdelen per week voor zijn vader. Hoewel Ger het zorgen voor zijn vader zakelijk bekijkt, geeft het contact met zijn vader hem energie.
Meer
In 2008 zag de vader van Ger van Bentem in het bos honden lopen die er niet waren. Ze gingen daarmee naar de oogarts waar de vader van Ger onder behandeling was vanwege glaucoom. De oogarts verwees hen door naar de geriater, die bij de vader van Ger op 78-jarige leeftijd Lewy Body dementie vaststelde. De ziekte was toen al in zo'n gevorderd stadium dat hij direct zes dagdelen in een dagopvang kon worden geplaatst. Zijn vader vond het daar verschrikkelijk en daarom heeft Ger ervoor gezorgd dat hij tijd kon vrijmaken om voor zijn vader te zorgen. Vanuit het persoonsgebonden budget (PGB) zorgt hij nu 6 dagen, 2-3 uur per dag voor zijn vader.
Ger is elke ochtend bij z'n ouders en maakt dan met z'n vader wandelingen, of ze gaan op bezoek bij familie, of naar jeu de boules waar z'n vader nog veel mensen kent. Ook 's avonds is Ger regelmatig bij zijn vader om de avond te doorbreken. Ger gaat met plezier naar zijn vader toe. Hij ziet zijn vader op een heel andere manier dan hij ooit in zijn leven heeft gezien. De zorg voor zijn vader is nu een deel van zijn leven. Ondanks dat zijn 'werk carrière' nu vier jaar stilstaat, ziet Ger dit niet als opoffering. Hij raadt iedereen aan om een halve dag per week voor zijn of haar ouder te zorgen. Je krijgt een andere relatie met je ouder. Het contact met zijn vader geeft hem energie om door te gaan.
Ger bekijkt het zorgen voor zijn vader ook zakelijk. Omdat hij er ook voor betaald wordt, ziet hij het ook als werk. Zonder het PGB had Ger waarschijnlijk niet zoveel voor zijn vader gezorgd als nu. Het is ook een soort van inkomen voor hem. Het behouden van de eigenwaarde van zijn vader en de nieuwsgierigheid naar het verloop van de ziekte motiveren Ger.
Zijn vader gaat de laatste periode achteruit. Hij verliest de controle over zijn spieren, waardoor lopen en praten moeizamer wordt, hij raakt gedesoriënteerd, hij heeft last van hallucinaties en hij slaapt slecht. Hierdoor krijgt de moeder van Ger ook weinig nachtrust en dit leidt weleens tot ruzies. Bij zijn moeder is de grens bijna bereikt. Daarom heeft Ger zijn vader nu aangemeld bij een verzorgingshuis. Sinds kort is de vader van Ger opgenomen op een psychogeriatrische afdeling,
Ger heeft er altijd naar gestreefd om een opname zo lang mogelijk uit te stellen, maar hij heeft nu het gevoel dat het tijd is om voor zijn moeder te kiezen. "Je kunt niet eeuwig voor je vader blijven kiezen en je moeder er aan onderdoor laten glijden". Ger vindt het rot dat zijn vader niet in zijn eigen huis zal sterven, maar voor zijn moeder is het beter zo. Het blijft lastig: "wanneer kies je nu partij voor je moeder en wanneer voor je vader?". Wat dat betreft zou het goed zijn als er een derde oog boven zit, dat aangeeft van zo gaat het niet langer meer.