Maartje

Maartje was veertien toen ze voor het eerst ongesteld werd. Ze logeerde samen met haar oudere zus bij haar nicht. Haar zus en nicht vertelden haar hoe het gebruik van maandverband werkte. De avond voordat ze ongesteld werd, had Maartje pijn in haar benen. Vanaf de eerste menstruatie had Maartje last van hevige krampen en veel buikpijn. Maartje dacht dat dat er bij hoorde. Ze maakte zich geen zorgen over haar klachten.

Op haar negentiende begonnen Maartje haar klachten te verergeren. Ze merkte meer pijn tijdens seks, bloedingen en buikpijn buiten de menstruatie om.

Maartje haar klachten variëren van hevige menstruatiepijn, veel bloedverlies en buikpijnaanvallen die ook buiten haar menstruatie voorkwamen. Bij inspanning wordt de pijn erger. Ze weet vaak niet goed wat ze moet en ligt dan huilend in haar bed. Ze slikt pijnstillers en neemt veel rust. Verder heeft Maartje ook last van stemmingswisselingen tijdens haar menstruatie. Ze is dan emotioneel en soms boos.

De impact van de klachten op Maartje haar leven is groot. Bijvoorbeeld op de relatie met haar toenmalige vriend. Maartje was toen bang voor bloedingen tijdens seks en schaamde zich hiervoor. Het zorgde ervoor dat ze beide wat meer terughoudend waren tijdens seks. Ook hebben haar klachten invloed op haar studie. Tijdens stage kreeg Maartje bijvoorbeeld een keer veel last van buikpijn. Ze moest toen gaan zitten van de pijn. Gelukkig werd er fijn op gereageerd. De pijn en het ongemak beperken haar sociale activiteiten. Maartje zegt soms afspraken af, maar vindt dat ze dit eigenlijk vaker zou moeten doen als ze pijn heeft. Ze doet dit niet omdat ze het moeilijk vindt om eraan toe te geven. 

Na meerdere bezoeken aan de spoedeisende hulp vanwege haar pijnklachten werd Maartje doorverwezen naar de gynaecoloog. Deze deed verschillende onderzoeken, waaronder een MRI. In eerste instantie werd de diagnose endometriose gesteld. Hoewel deze diagnose niet met 100% zekerheid gesteld kon worden, ging de gynaecoloog er wel vanuit dat Maartje haar klachten door endometriose kwamen. Later werd er tijdens een echo juist niks gevonden. Hierdoor werd de diagnose weer in twijfel getrokken. Op het moment van het interview is Maartje aan het twijfelen of ze een kijkoperatie wil. Het doel van de kijkoperatie is dan om een diagnose te stellen, maar eventueel ook endometriose weefsel weg te halen.

Op haar zestiende begon ze met de anticonceptiepil, nog voordat ze de diagnose endometriose kreeg. Maartje vond het fijn dat ze hiermee zelf kon bepalen wanneer ze ongesteld werd. Maar de pil hielp niet tegen haar klachten. Toen ze negentien was liet Maartje een hormoonspiraal plaatsen. Sindsdien is ze niet meer ongesteld. Maar haar buikpijn is er nog wel. Hoewel de buikpijn minder is dan voor haar spiraal, heeft de buikpijn nog steeds veel invloed op haar leven.

Het belangrijkste advies dat Maartje wil meegeven, is om menstruatieklachten serieus te nemen en niet te snel aan te nemen dat de klachten normaal zijn. Daarnaast vindt ze het belangrijk dat er open over menstruatie wordt gesproken. Ze moedigt vrouwen aan om hulp te zoeken en hun ervaringen te delen.