Ida kan niet uit bed komen, omdat ze ziet dat er een kast voor staat
Van als het niet gaat, ja, dan zie je dat soms allemaal voorbij komen. En dat is juist het punt.
Hoe bedoelt u, dat is [-]?
Ja, als ik 's morgens opstond, dat zegt mijn man, die kwam ook een keer naar boven, toen zegt hij van, waarom sta jij niet op? Ik zeg, ja, je had die kast niet naast het bed moeten zetten. [lacht] Ja, zoiets, heel raar.
En, en, hoe, kijk?
Die klerenkast, die stond dan hier en die stond nou hier. Ik kan niet uit bed, zeg ik, die kast die staat hier.
Dus u ziet dan een kast?
Ja. Dan zie ik die kast.
Naast het bed?
En daar het bed staan. En die staat normaal aan de andere kant. En zulke dingen eigenlijk, dat is, dat is heel typisch, is dat.