Mevrouw Boulaghbage twijfelt aan het nut van de geheugentesten voor etnische minderheden
En tijdens het onderzoek deed ze dingen waar ik zelf eigenlijk aan twijfel, want mijn schoonvader spreekt heel weinig Nederlands. Ik vertaal alles. Ze leggen bijvoorbeeld drie stuks plastic fruit neer en dan doen ze er een doekje overheen. En dan vraagt ze aan mijn schoonvader: wat ligt er onder het doekje?. Dan ga ik dat vertalen voor hem en begint hij mij uit te lachen. Hij nam dat niet serieus. Het onderzoek zelf was niet echt aangepast voor deze doelgroep, vind ik zelf. Want het onderzoek is misschien voor mensen, die kunnen lezen, die de taal kunnen spreken, maar dat is bij mijn schoonvader heel moeilijk. En als ik bijvoorbeeld vraag, welke dag is het vandaag, dan noemt hij een dag die het vandaag niet is. En hoe oud ben je, wat is je naam. Dat soort dingen wist hij nog. Het onderzoek heeft ongeveer een uur in beslag genomen. Ze heeft heel veel vragen gesteld, die heb ik zelf vertaald en ook weer het antwoord van mijn vader. En daarna heb ik van haar begrepen dat hij de hersenen heeft van, in haar woorden, een tweeëneenhalf jarige.