Henny praat niet met haar kinderen over dementie om hen niet te belasten
Maar nu we daar zo indringend over praten, nou laat ik mezelf een beetje gaan eigenlijk, dat ik gewoon vertel van dit houdt me bezig, dat houdt me bezig, zus en zo. En met mijn man heb ik het daar wel over, maar met de kinderen eigenlijk ook niet zo. Want die weten het wel en die zijn er ook mee bezig, maar wat zal ik hun daarmee belasten zo, met dat verdriet, wat ik eigenlijk wel van binnen heb. Dat maakt mij dan zelf ook weer verdrietig en dat wil ik eigenlijk verder niet, nee. Nee.
Interviewer: Want wat is de reden dat u uw kinderen niet wil belasten?
[pauze 5 sec] Nou, eigenlijk wil ik helemaal niet dat ze verdriet hebben, denk ik. Ik eh, zij moeten gewoon doorgaan met hun leven en ze denken heus wel aan mij, weet je wel, zoiets. Dan hoef ik nog niet extra hier zo tegenover hun te zitten om mijn nood te klagen en wat al niet. Dat, dat vind ik niet nodig. Want ik voel toch wel dat ze meeleven, weet je, dat ze om me denken, dat ze zorgzamer zijn dan voorheen, terwijl ik me nog heel goed kan redden. Gewoon, m'n zoon ook, weet je wel, die geeft je eens een extra knuffel, bij wijze van spreken, hè, de laatste tijd. Ik bedoel, die jongens, die zeggen dan verder ook niet zoveel, mijn dochter praat veel meer. Maar dat is voor mij genoeg. Ja. Dat, dat hoeft niet meer. Ik snap het wel, ik had vroeger ook gewoon mijn eigen leven en een gezin en het sporten en hun werk, hebben ze allemaal en weet ik wat al niet meer. Nou, dat is toch heerlijk, dan hebben ze mooie afleidingen en zo. En ze denken toch wel om mij, dus eh, ja.
Interviewer: Ja.
En, en wij redden het nu nog heel goed samen. Dus daarom zeg ik ook van jullie, maak ik weer een geintje. Nou, wacht maar, dan vragen ze, kunnen we dit of dat doen. Dan zeg ik, wacht maar, jullie tijd komt nog wel, sparen jullie de moeite nu maar even en houd je maar klaar voor later. Nou, zo praten we er gewoon over, weet je, zoiets, op die manier meer. Ja.