Lini vindt het sneu voor haar man dat ze soms ‘afwezig’ is

Het is sneu ook voor mijn man, dat vind ik naar, vervelend, maar [-].

Hoe bedoelt u dat?

Ja, dat ik soms afwezig ben, en ja, hoe zal ik 't zeggen, ik ben ook gewend door zijn werk, alles om me heen te organiseren hè, het gaat, en dat, wat je zelf kunt dat moet je zelf doen. En dan blijf je het langste in je qui vive.

En wat bedoelde u toen u zei ik vind het soms ook sneu voor mijn man?

Ja, dat ik dan niet zo diep in ga op een gesprek, en dat ik hè, och ja laat maar, en geen [lacht] ik moet nou ook geen gezeur aan mijn hoofd hebben. Hè, ik zou misschien met iemand die echt veel klachten heeft en altijd maar bezig is met zichzelf, ja dan denk ik nou dat is niet nodig, je kan nog dit en je kan nog dat. Dus ik probeer me dus aan te passen aan wat ik niet meer kan, dat ik dat overgeef en los laat.