Meneer en mevrouw Dufais zien het einde nog niet helemaal
Mw.: “Moeilijke tijd en er zijn zeker verbeteringen, maar ik zie het eind nog niet helemaal in zicht. Dat vind ik ook moeilijk. Eh als ik nou zeg: ‘oké nog drie maanden, dan ben ik er’. Dan kan ik dat allemaal wel aan en jij ook, maar eh … Nee.”
Dhr.: “Je weet niet wanneer het ophoudt dat is eh …”
Mw.: “Nee. En in het verleden als we ziek waren, dan zagen we toch wel weer daarna vrij snel dat je omhoogging, dat het verbeterde en dat kan ik nu ja … In zekere zin is dat er wel een beetje hoor. We kunnen veel meer sporten en wandelen dan voorheen, maar we zijn er nog lang niet. En dat vind ik weleens moeilijk, dat je niet weet hoe of wanneer het eindigt.”