De man van mevrouw Zandstra leeft in het verleden en heeft moeite met het maken van keuzes

Nou ik word dus geconfronteerd, dus meer, waar ik dan op let, dat hij functioneert vanuit het verleden. Dus bijvoorbeeld als de telefoon gaat, dan, nou moet ik even denken, dan roept hij volk! Want dat riepen ze als de winkelbel ging. Zie je? Als ik in de douchecel ben tegenwoordig, dan klopt hij aan. Nooit gedaan, hè, waarom moet dat, dat was natuurlijk van vroeger. Als er iemand aan de deur komt of zo, of dat we ergens zijn, dan wil hij een fooitje geven, dat deed je vroeger. Vanmorgen onderweg, nou ja goed we praten even met iemand die in de tuin bezig is, dan zegt hij als ik een hoed had dan zou ik de hoed voor u afzetten. Dat is nou niet zo, maar dat is ook uit verleden dus ik bedoel wat dat betreft is hij in die tijd en met allerlei dingen is dat al zo. Ja. Maar, het geen keuzes kunnen maken en dat was pas nog weer ik bedoel als er een verjaardag is bij wijze van spreken, of een receptie, de laatste jaren, dan had hij niks gehad. Dan kwam hij terug en dan had hij gewoon niks gehad. Maar hij kan die keus niet maken, een ander die loopt er nog eens even naar toe en die pakt nog eens even wat of zo, ook dat doet hij dus niet.